vrijdag 1 juni 2012

Betoog Verlichting: Kleine gedigten voor Kinderen


Betoog Verlichting: Kleine gedigten voor Kinderen

De verlichting vond plaats in de 17e eeuw. De tijd waarin het verstand de boventoon voerde. Met het verstand probeerde men alles te verklaren en te begrijpen. Ratio overwon het gevoel en dat kon men merken in de maatschappij, maar ook zeker in de literatuur. Teksten werden wetenschappelijker en men moest iets leren ervan. Literatuur was er zeker niet meer alleen voor vermaak.
Hieronijmus van Alphen leefde in deze bijzondere tijd. Hij schreef gedichtjes voor zijn kinderen en bundelde deze. Toen hij merkte dat zijn gedichten in de smaak vielen bij meer mensen dan zijn eigen kinderen, bracht hij een bundel uit. We schrijven het jaar 1787 en veel mensen zien deze bundel als een prima middel om hun kinderen te onderwijzen en tegelijk voor te lezen. Er volgden nog twee bundels en uiteindelijk kwam het verzamelwerk ''Kleine gedigten voor Kinderen'' uit. Hierin zijn 66 gedichten gezet.
Deze bundel behield lange tijd zijn invloed op de kinderliteratuur en was een goed pruduct van de verlichting. Kleine gedigten voor Kinderen is representatief voor de tijdsgeest, omdat vele idealen van de Verlichting terug komen in zijn gedichten.
Een belangrijk kenmerk uit de verlichting was de kijk op kinderen. Kinderen waren zogenaamde onbeschreven bladen. Dat wil zeggen, ze zijn compleet onwetend en goed op de wereld gezet. Door invloeden van de maatschappij en hun opvoeding worden zij langzaam slechter. Opvoeding was dus een gesprekspunt waar veel over gediscussieerd werd. Zoals te lezen in de Edelmoedige Wedervergelding.
''Zou ik dan mijn zusje kwellen
Om dat zij me niet bemint?
Zou ik kwaad van haar vertellen?
Neen ik denk: zij is een kind!

....

'k Zal haar hart door liefde winnen,
Ze is tog geen kwaardaartig kind;
Zo lang zal ik haar beminnen,
Tot ze in 't eind mij ook bemint.''

Duidelijk is hier te zien dat kinderen nog geen kwaad doen (zij is een kind!) Hier in dit gedicht draagt Hieronijmus deze gedachte uit.

In de Verlichting was werd aandacht voor kinderen steeds belangrijker. Zij waren immers de toekomst, en moesten goed opgevoed worden. Dit was een nieuwe gedachte, aangezien literatuur eerst alleen geschreven werd voor volwassenen. Deze dichtbundel is eigenlijk het eerste literaire werk dat geschreven is voor zowel kinderen als volwassenen. Waar men eerst moeilijke en trage verhalen schreef in de Middeleeuwen, daar schrijft Hieronijmus makkelijk, kort en simpel te begrijpen gedichtjes. Zoals te lezen in het Hondjen. Hierin schrijft hij gewoon een simpel en leuk gedichtje over de relatie van een kind met de hond.

''Hoe dankbaar is mijn kleine hond
Voor beentjes en wat brood!
Hij kwispelstaart, hij loopt in 't rond,
En springt op mijnen schoot.

Mij geeft men vleesch en brood en wijn,
En dikwijls lekkernij:
Maar kan een beest zo dankbaar zijn,
Wat wagt men niet van mij!''

Maar ook achter dit soort gedichten zit een les. Wees dankbaar met wat je krijg. Zo combineerde Hieronijmus educatie met vermaak.

Het idee dat de ratio alles kon beheersen was misschien wel de bekendste en het belangrijkste ideaal uit de Verlichting. Met ratio kon men de wereld beter maken en beheersen, en uiteindelijk dus de ultieme goede samenleving creëren. Aangezien dit idee er al vroeg in moest worden gestampt bij kinderen, is dit dan ook veel terug te vinden in de gedichten van van Alphen. Zoals in De Perzik.

''Die perzik gaf mijn vader mij,
Om dat ik vlijtig leer.
Nu eet ik vergenoegd en blij.
Die perzik smaakt naar meer.

De vrolijkheid past aan de jeugd
Die leerzaam zig betoont.
De naarstigheid, die kinderdeugd,
Wordt altoos wel beloond.''

De bedoeling van dit gedicht is dat kinderen inzien dat leren heel belangrijk is. Want leren geeft wijsheid en meer ratio. De bedoeling is snel duidelijk en ook voor volwassenen is dit een nuttige les. Zo stuurde van Alphen ook de opvoeding van vele gezinnen in Nederland.

Duidelijk is dus dat ''Kleine gedigten voor Kinderen'' representatief is voor de tijdsgeest, want vele kenmerken uit die tijd zijn in de gedichten terug te vinden. De kijk op kinderen en dat het onbeschreven bladen waren, de aandacht voor kinderen en natuurlijk dat ratio alles kon beheersen. Lange tijd heeft deze bundel zijn stempel gedrukt op de Nederlandse samenleving, maar dat is nu niet meer mogelijk. De maatschappij is zoveel veranderd dat de gedichten grotendeels zijn uitwerking zullen missen. Wel leest het nog steeds makkelijk weg en is het nog altijd vermakelijk. Een aanrader voor de zondagmiddag, maar niet meer om je kinderen mee op te voeden.


donderdag 31 mei 2012

Verwerkingsopdracht Literatuur of lectuur?


Joe Speedboot: Literatuur of lectuur?

Algemene informatie
Auteur: Tommy Wieringa
Titel: Joe Speedboot
Plaats: Amsterdam
Uitgever: de Bezige Bij
Druk: 2e
Aantal pagina's: 317

Genre
Roman, ontwikkelingsroman

Korte samenvatting
Joe Speedboot is het verhaal over een jongen genaamd Frans Hermans die op jonge leeftijd door een grasmaaier on
geluk in een coma beland. Als Fransje wakker word heeft hij een beperkte capaciteit wat betekend dat hij zijn arm alleen kan gebruiken. ‘Dat is net genoeg om te rukken’, merkte één van zijn oudere broers op. Fransje woont in Lomark samen met zijn vader, moeder en twee broers Sam en Dirk. In de tijd dat hij in coma lag, is er een mysterieuze jongen met een absurde naam Lomark binnen getrokken, Joe Speedboot. Tijdens zijn beperkte ontvankelijkheid voor zijn omgeving heeft Fransje veel gehoord over deze ‘buitenstaander’. Eenmaal tijdens zijn revalidatie begint Fransje weer aan zijn school. Hier zitten op dat moment Christophe Engel, Joe Speedboot en laten ook PJ.

Toen de kermis in het dorp kwam, moesten de twee broers Fransje meenemen naar de kermis. Ze parkeerde Fransje alleen niet op de kermis maar in een leegstaand huis. Waar Joe ineens opdook Fransje hielp. Hij zorgde ervoor dat niemand van de kermis kon genieten en blies het elektriciteitshuisje op. Sindsdien is Fransje gefascineerd door Joe.
Joe is samen met zijn vader en moeder naar Lomark verhuisd. Alhoewel zijn vader de inbouw van het huis niet heeft gered omdat het verhuisbusje in de gevel van Christophes huis reed en dwars door de vooruit vloog. Joe’s vader was direct dood. Zijn moeder en zijn zusje overleefde het ongeluk wel samen met Joe.

Op een gegeven moment kom PJ Eilander in Lomark wonen. Zij komt uit Zuid-Afrika en met zijn vieren maken zij hun school af. Ze nemen ieder hun eigen weg en Fransje ziet hoe de levens van zijn jeugdvrienden ontwikkelen en weer bij elkaar komen.
Zo leert PJ een schrijver kennen waar zij een, dan wel gewelddadige relatie mee aan gaat. De relatie vergaat maar de schrijver houdt er een boek aan over. Hierdoor komt eerst Fransje maar later ook Joe achter het verleden van PJ. De echte naam van Joe is het grote geheim van het verhaal, wat door PJ door haar nieuwsgierigheid en respectloosheid word ontrafeld. Fransje leert zijn enig functionerende lichaamsdeel, zijn arm, te gebruiken als wapen. Net als de samurai zoals hij zegt. 




Literair gewicht
Joe Speedboot. Een levendige roman geschreven door Tommy Wieringa. Een boek om op een regenachtige middag in een maal te verslinden. Met beeldende taal en beschrijven slaagt Wieringa erin om de lezer mee te nemen naar de wereld van Fransje Hermans. Dit taalgebruik zorgt ervoor dat Joe Speedboot onder de literatuur kan worden gerekend. Ook de ontwikkeling van de personages en de gebruikte humor zorgen voor een literair werk. Bijvoorbeeld de humor van de hoofdpersoon, Fransje. Wanneer hij zijn onbereikbare liefde PJ zijn werken laat lezen volgt deze dialoog: ''Je bent de ideale schrijver, je ziet alles en je zegt niets.'' Waarop Fransje het volgende op een papier zet: ''Dat is de definitie van God.''
De misschien wel mooiste zin uit het boek is de volgende:
''Het was het uur dat alles blauw wordt, metalig blauw, wanneer alle kleur uit de dingen terugtrekt en ze blauw en hard en donker maakt voordat ze langzaam wegzinken in de duisternis.''
Wieringa beschrijft niet alleen de zonsondergang zo beeldend, dit soort beelden worden vaker geschetst. Het beeldend schrijven is een belangrijk punt als het aan komt op literatuur of lectuur.
Zulke passages en de scheppende beschrijvingen zorgen voor het totaalplaatje, maar toch ontbreekt er wat aan deze roman. De verhaallijn is simpel, bizar, en de lezer raakt dan ook na een pagina of 100 meer geïnteresseerd in de dialogen en beschrijvingen, dan in hoe het zal aflopen met Joe Speedboot. Of wat zijn echte naam is. Al met al is Joe Speedboot is een vermakelijk boek dat best als literatuur door de beugel kan.





Lectuur                                                                                                          Literatuur


maandag 28 mei 2012

Betoog Romantiek: Snikken en Grimlachjes


Snikken en Grimlachjes door Piet Paaltjens

Wie aan de romantiek denkt, denkt aan François Haverschmidt alias Piet Paaltjens. Men was de verlichting zat en een tegen beweging stond op. De Romantiek was geboren. Waar de Verlichting bol stond van strakke regels en de ratio. Daar ging de Romantiek recht tegenin door het gevoel, de passie en hartstocht.
François Haverschmidt werd geboren op de 14e februari 1835 te Leeuwarden. Zoals zo velen studeerde hij Theologie in Leiden, want dat was de enige studie waar een beurs voor werd gegeven. Opgeleid tot dominee trok hij naar Friesland om in Foudgum te prediken. Friesland was de plek voor hem, en dus vertrok hij enkele jaren later naar Den Helder, om daar zijn vrouw te ontmoeten en te trouwen. Toen hij vertrok naar Schiedam schreef hij daar zijn dichtbundel Snikken en Grimlachjes, maar hij publiceerde het niet onder zijn eigen naam, maar onder de naam Piet Paaltjens. Zijn dichtbundel zit vol met elementen uit de romantiek. De bundel was in zijn tijd al een daverend succes en kende al meerdere drukken. Haverschmidt dacht erg zwart over dingen en toen zijn vrouw overleed, kwam hij daar niet overheen. In 1894 pleegde hij zelfmoord. Door alle romantische invloeden is Snikken en Grimlachjes is representatief voor de literatuur van de romantiek.

Gevoel was een belangrijk element geworden in de Romantiek. De ratio werd verdrongen en er mocht weer op gevoel worden besloten. Zo ook op het gebied van de liefde. Partnerkeuze was redelijk vrij, zeker in vergelijking met de Verlichting, en alhoewel je het verdriet van een gebroken, afgewezen hart riskeerde, stond je gevoel uiten hoog in het vaandel. Haversschmidt gebruikt dit dan ook vaak in zijn gedichten. Een mooi voorbeeld is een klein gedichtje XXXIII:
Mijn hart was toegevroren,
Mijn tranen vloeiden niet meer,
Toen trof mij haar gloeiende blikstraal,
En de wateren ruischten weer.

O ware ik toch verdronken
In den bitterzilten vloed!
In liefdetranen, hoe brak ook,
Te smoren, is honingzoet.

Hier zit mooi het gevoel, de liefde en het uiten van je gevoelens in. Mannen waren geen machines meer, maar konden laten zien wat ze voelden.

Misschien wel het belangrijkste, en zeker het bekendste kenmerk van de Romantiek is het vluchten. Het vluchten uit het nu, uit de bestaande wereld, en soms zelfs uit het leven. Zo ook Haverschmidt. Veel van zijn gedichten gaan over vluchten, zeker in de dood. Dat dit een voorbode bleek voor zijn eigen einde, had niemand op dat moment verwacht. De Zelfmoordenaar is het meest direct geschreven gedicht over de dood. Wel schrijft Haverschmidt dit gedicht met een soort ironie, humor, om zo toch de spot te drijven met het hele idee van vluchten uit de werkelijkheid.
''En meteen zocht zijn blik
Naar een eiketak, dik
Genoeg om zijn lichaam te torsen.
Daarna haalde hij een strop
Uit zijn zak, hing zich op,
En toen kon hij zich niet meer bemorsen.''

Dat laatste regeltje, toont de rare humor van Haveschmidt. In het vers ervoor krijgt de Zelfmoordenaar een paar spetters op zijn jas en daar speelt Haverschmidt handig op in.
Dit element zit in bijna alle gedichten en dat is bijzonder. Waar in de Verlichting alles strak was geregeld, ook de kunst, daar zet Haverschmidt iedereen een hak, door zelfs zijn eigen gedachtegoed te bespotten. Dit was waarschijnlijk een manier voor hem om de romantiek te benadrukken en zijn doemdenken te verlichten.

Snikken en Grimlachjes laat zien te behoren tot de romantische literatuur. De gedichten zitten vol met aanwijsbare elementen van de Romantiek. Gevoel speelt een belangrijke rol, net zoals het vluchten. Haverschmidt vlucht zelf de poëzie in, de kunst dus. Snikken en Grimlachjes is representatief voor de romantiek, omdat het gevoel, passie en vluchten almaar terugkerende thema's zijn in de gedichten van Hamverschmidt. Zijn luchtige schrijfstijl met ironische humor maakt het tot een aangenaam te lezen bundeltje, dat een goed beeld geeft van het gedachtegoed in de 19e eeuw. Een bundel dat op iedere boekenplank te vinden zou moeten zijn.

Willem van Laatum 5A


zondag 20 mei 2012

Verwerkingsopdracht Recensie: Specht en zoon


Het schrijven van een recensie

1. Algemene informatie

   a. Auteur: Willem Jan Otten

      Titel: Specht en zoon

      Jaar van uitgave: 2004, Amsterdam

      Druk: Tiende (Eerste druk februari 2004)

      Aantal Pagina's: 142 bladzijden

  b. Psychologische Roman

  c. Korte samenvatting van de inhoud:

Felix Vincent, een redelijk beroemde portretschilder, krijgt de opdracht van z’n leven. Valery Specht, een steenrijke kunstverzamelaar, verlangt van hem zijn overleden zoon Singer te schilderen. Aan de hand van foto’s en een aantal videobeelden gaat ‘Schepper’ aan het werk. Felix, wordt ‘Schepper’ genoemd doordat het hele verhaal is geschreven vanuit de optiek van het schilderdoek waar Singer op komt te staan. Het is een groot doek, en heeft alle menselijke eigenschappen qua zintuigen. Hij, zo zullen we het doek voor het gemak noemen, is een Zeer Dicht Geweven Vier Maal Universeel Geprepareerd doek van twee bij honderd twintig, hij kostte een vermogen. Het duurt maanden voordat het doek beschilderd wordt en zo leren we Felix, zijn vrouw Lidewij en alle andere mensen die in het atelier van Schepper komen kennen. Tot op het moment dat Specht binnen komt lopen lijdt het doek een passief leven. Maar als dan uiteindelijk wordt besloten door Schepper dat hij het doek wordt waar Singer op wordt gemaakt en gaat hij een actief leven lijden. Door de ogen van het doek worden allerlei gegevens een stuk duidelijker doordat het doek namelijk eerst dingen beschreef door middel van gehoor. Zo kom je erachter hoe het atelier, Schepper en alle andere personen er uit zien.
Bij het schilderen van het doek gaat Schepper Singer identificeren met Tijn, een oud schoolvriendje van hem. Hij geeft Singer de blik van Tijn, en wat nog veel belangrijker is zijn penis. Het is een dopje. Dit is een belangrijk gegeven want door het hele verhaal heen is dit het gespreksonderwerp en het focuspunt van iedereen die het schilderij te zien krijgt, je aandacht wordt er naartoe gezogen. Vanaf het moment dat Schepper de penis te zien kreeg, Tijn liet zijn broek zakken, heeft hij geen contact meer met hem. 
Nadat het doek is beschilderd volgen de gebeurtenissen zich snel op. Zo wordt Lidewij zwanger en je komt erachter dat Specht een liefhebber is van kleine jongens. 
Dit komt het doek te weten door gesprekken tussen Schepper en Minke een journaliste en geheime minnaar van Schepper. De afgesproken datum waarop het doek opgehaald zou worden is dan allang voorbij. Schepper’s geweten begint te knagen. Hij heeft een schilderij gemaakt voor een pedofiel! De enige oplossing die hij ziet is het verbranden van ‘het ding’ zoals hij zijn schilderijen ziet. Op dit moment krijg je als lezer het gevoel dat het verhaal afgelopen is. Maar dit is niet zo. Schepper heeft een foto gemaakt van het schilderij en vanaf dat moment wordt het verhaal vanuit die foto verteld. Schepper steekt de polaroid in zijn zak en gaat daarmee naar de bevalling van zijn zoon. Na de bevalling gaat Schepper een lange fietstocht maken, onder andere naar de plek waar Tijn zijn broek liet zakken, hier huilt hij tranen van alle emoties die mensen kunnen hebben. Thuis gekomen in Nimmerdor, het huis van Schepper en Lidewij, staat daar de wagen van Specht. Specht is doodziek geworden, hij heeft namelijk een ernstige vorm van kanker. Hij weet van het verbranden van het schilderij en geeft Schepper de opdracht hem opnieuw te maken, zodat Singer hem zelf kan zien. Zo komen twee leugens naar boven, Singer is niet dood en Specht houdt echt van zijn zoon en is geen pedofiel.




2. De opdracht



Specht en zoon: over leven en dood



Willem Jan Otten is bekeerd tot het christendom. En dat mag men best weten. Zijn nieuwe boek, Specht en zoon, staat bol van christelijke verwijzingen en levensopvattingen. Specht en zoon, bekroond met de Libris Literatuur Prijs, is een nieuwe aanwinst voor de Nederlandse literatuur. Waar geloof vaak als taboe wordt gezien binnen vele gemeenschappen, daar weet Otten prima tussendoor te manoeuvreren en een sterke roman neer te zetten.



Felix is een groot kunstenaar. En een idealist. Alleen ''echte'' dingen konden worden vereeuwigd door de ''Schepper''. Zo noemt de verteller deze portretschilder. De verteller is een doek. Een schildersdoek. Door de ogen van het doek komt de lezer te weten wat voor intrigerende man Felix is. Felix krijgt de opdracht om voor Specht een portret te maken van zijn overleden zoontje Singer. Dit druist in tegen de natuur van Felix die geen dood schildert. Maar met een hoop geld en wat foto's en filmpjes neemt hij de opdracht aan. De verteller is de uitverkorene, zijn droom wordt werkelijkheid. Waar hij eerst alles op geluid moest doen, krijgt het doek nu de ogen om het atelier te kunnen beschrijven. Felix wordt meegesleurd in een wereld die niet de zijne is, namelijk waar de scheiding tussen leven en dood vervaagd is.

Dood komt overal in het verhaal om de hoek kijken. De lezer voelt op iedere bladzijde het zwaard van Damocles hangen, en schiet dus door het boek heen. Maar Otten heeft het niet zo nadrukkelijk neergezet dat het storend wordt, de dood loert slechts op de achtergrond. Zijn verwekte kind zorgt bijna voor de dood van zijn vrouw, de op sterven zijnde opdrachtgever en Singer, het dode zoontje, dat Felix tot leven moet brengen.



Die almaar dreigende dood had de doodsteek kunnen worden van het verhaal, maar dit werkt eigenlijk alleen verstikkend voor Felix, die zichzelf meer en meer verliest in het verhaal achter zijn portret. De link met een vriendje van vroeger is snel gelegd en al snel wordt Singer meer Tijn. Tijn die zijn penis aan Felix liet zien, waarop Felix hem nooit meer gesproken heeft.



Al deze aspecten zorgen ervoor dat Specht en zoon bomvol zit van emoties en achterliggende verhalen. Met het schilderij als verteller, en het mysterieuze jongetje Singer, levert Otten een werk van hoog niveau af. Hij weet lezers mee te nemen naar een eigen geschepte wereld. Net zoals Felix een jongetje ''schepte''. Niet voor niets noemt het doek hem ook schepper.



Specht en zoon is een intrigerende en vernieuwende roman, die nog te weinig te zien is op de boekenplanken bij de mensen thuis. Een aanrader voor iedereen met een open geest.



Titel: Specht en zoon

Auteur: Willem Jan Otten

Jaar van uitgave: 2005

Jaar eerste uitgave: 2004

Uitgever: G.A. van Oorschot





donderdag 16 februari 2012

Stromingsverslag Periode 2


Algemene informatie

Remco Campert, Het Leven is Vurrukkulluk
1961, De Bezige Bij, Amsterdam
Eerste druk 1961
31e druk, oktober 2011
ISBN 978 90 596 5146 3
170 bladzijden

Wat voor genre is het: Roman
Korte Samenvatting
Het verhaal begint op een mooie zomerdag in het park. Mees en Boelie ontmoeten een meisje Panda en lopen daarmee door het park. Ze worden achtervolgt door een grijsaard. Als ze naar het huis van Mees lopen irriteren ze zich zo erg aan de grijsaard dat ze hem neerslaan en geld uit zijn schoen jatten. Eenmaal thuis aangekomen probeert Mees, Panda het bed in te krijgen. Dit lukt ook en na de seks vertelt Mees uitgebreid over zijn verleden.
Ondertussen is Boelie naar een interview met een journalist die hij blijkbaar al goed kent. Na het interview gaat Boelie mee met de journalist, Ernst-Jan, om diens vrouw te ondervragen. Ernst-Jan denkt namelijk dat zij vreemdgaat, hij heeft hiertoe geen enkele reden maar daar brengt Boelie verandering in als hij met Etta, Ernst-Jan’s vrouw, op het bed van de buren terechtkomt. De buren komen echter eerder thuis dan verwacht en met een smoes komen Boelie en Etta weg.
De grijsaard is inmiddels wakker geworden en Tjeerd wil hem helpen het geld terug te vinden. Hiervoor gaan ze naar zijn oudtante Rosa. Schijnbaar kennen de grijsaard en Rosa elkaar van vroeger en kunnen ze niet meer stoppen met het praten. Tjeerd die eindelijk iets te doen had loopt geïrriteerd weg en gaat alsnog opzoek naar het huis.
Als hij bij het huis aankomt is daar een feest bezig, geregeld met het gestolen geld. Etta heeft daar ruzie met haar man en beland uiteindelijk met Boelie in bed en Mees voelt zich voor het eerst echt gelukkig.


Specifieke Opdracht
De schrijver probeert een realistisch beeld te geven van alle gebeurtenissen. Realisme is dan ook de belangrijkste stroming. Al lezende werd dit voor mij steeds duidelijker. De schrijver is een meester in het inleven van de personages, wat een zeer realistisch beeld gaf. Ook speelt het verhaal in het heden. Alle gebeurtenissen, hoe onwaarschijnlijk ook, worden door de schrijver zo betrouwbaar en realistisch mogelijk neergezet. Gebeurtenissen zijn ook gebaseerd op deels werkelijke ervaringen van de schrijver. Dit was niet zo simpel te ontdekken, maar naar mate ik in het verhaal gezogen werd, kwam ik het steeds meer tegen.


 “Waarom zou hij zich verzetten? Uit morele overwegingen? Kom nu; als je daaraan deed, kon je beter de rest van je leven thuis blijven zitten met dichtgespijkerde ramen en de deur op de grendel - dan had je een kleine kans dat je een fatsoenlijk mens bleef; alleen was er dan niemand die wist hoe fatsoenlijk je was.”

Een belangrijk kenmerk van de romantiek is het vluchten uit de werkelijkheid. Dit wordt hier zeer duidelijk afgekeurd door de schrijver, omdat dit een passage uit een monoloog van de schrijver is. He taalgebruik, meer spreektaal, meer emotie, toont de serieuze mening van Campert. Typerend realisme.

“Ik verveel me niet. Ik ben ongelukkig.'
'Omdat je in geluk gelooft. Iedereen die in geluk gelooft is ongelukkig.”

Dit is een citaat, dat heel duidelijk realisme uitdraagt. Nuchter en romantiek afkeurend. Geluk wordt gebruikt als een vlucht en dat wordt hier natuurlijk zeer negatief benoemd. Boelie vertelt hier aan het getrouwde meisje dat de eerste zin uitspreekt, dat ze eens niet moet weglopen voor haar problemen. Ze moet eens niet in een hoekje gaan zitten, maar opstaan nadenken over wat ze nu moet doen en dat dan ook doen. Zeer realistisch en passend in het tijdbeeld van eind jaren '50.

“Ik heb een hekel aan fantastische vertellingen. Sprookjes, dromen, saai-jans-fiction, de hele boel kan me gestolen worden.'
'Waarom, meisje?'
'Het gewone dagelijkse leven is al fantastisch genoeg.'
'Kind, kind,' de juffrouw hief de handen geschrokken ten plafond, 'waar haal je die onzin vandaan! Straks ga je nog zeggen dat de werkelijkheid fantastischer is dan een roman.”

Panda spreekt hierboven met een toiletjuffrouw. Een meningsverschil tussen beide en allebei geven zij deze. Ze zijn door de schrijver bedacht en toch zijn ze geheel objectief en beschouwend. Dit toont het realisme in het boek. Niet naturalistisch, die zich veel gelijkenissen vertoont met het realisme. Zoals de gewone man centraal te stellen en de kritiek scherp en direct te brengen. De schrijver wil hier door zijn objectiviteit niet de maatschappij voor gek verklaren en dat wil het naturalisme dan wel weer.

Dit boek is een duidelijke exponent van de stroming het Realisme. Het was vrij snel duidelijk en het werd gaande weg het boek alleen maar realistischer. Het leven is Verrukkulluk vind ik dan ook een zeer goede exponent van het realisme.
Campert probeert, dit zag ik pas nadat een vriend mij erop wees, generaties te koppelen. Hij probeert de samenleving weer te geven zoals hij is, maar door bijzonder taalgebruik, voornamelijk nieuwe woorden, weet hij de boel te binden.
Niet voor niets dan ook dat dit boek verkozen is tot boekenweekgeschenk van 2011.


Willem van Laatum 5A